CKV kan beter…buiten school
Online onderwijs opent de weg naar leerlinggestuurdere invulling van CKV
Auteur: Hanneke Vroegindeweij | Foto Tony Reid, Houston Museum of Fine Arts
CKV kan beter…buiten school
Online onderwijs opent de weg naar leerlinggestuurdere invulling van CKV
Auteur: Hanneke Vroegindeweij | Foto Tony Reid, Houston Museum of Fine Arts
De tijd lijkt rijp voor een directe aansluiting tussen het aanbod van culturele instellingen en CKV-leerlingen. Online onderwijs biedt leerlingen de kans om, los van regio, school of docent, CKV trajecten te volgen bij culturele instellingen. Andersom kunnen culturele instellingen een participatieslag slaan, door leerlingen ruimte te geven voor hun CKV-onderzoek. De herziene CKV exameneisen geven hier alle ruimte voor, blijkt uit recent SLO onderzoek.
De noodkreet van docenten over de dubbele belasting die hybride onderwijs met zich meebrengt, hangt samen met de coronacrisis.
Naar aanleiding daarvan dacht ik: ‘Kan dit niet handiger? Waarom zijn al die docenten op hun eigen scholen, hun eigen eilandjes, bezig het wiel uit te vinden? Als de leerlingen toch online zijn, waarom zijn ze dan nog gebonden aan hun eigen school en hun eigen docent?
CKV is wat mij betreft bij uitstek een vak waar docenten een stapje terug zouden moeten doen, ten faveure van de individuele leerling. Het gaat bij CKV tenslotte om de culturele identiteitsvorming van die leerling, met als motto: ‘Kunst actief meemaken’.
Onderzoek SLO
De hamvraag is of er überhaupt ruimte is in het vernieuwde examenprogramma voor een minder docentgestuurde inrichting van CKV. Kijkend naar het SLO onderzoek (voorjaar 2020) over de ervaringen van leerlingen en docenten met het vernieuwde CKV examenprogramma, concludeer ik dat die er is. Sterker nog, naast de hoofdzakelijk positieve conclusies laat het SLO onderzoek zien dat het vak kan winnen aan relevantie en diepgang juist als de leerlingen meer leidend zijn.
In hun aanbevelingen noemen de onderzoekers expliciet dat de leerlingen vaker de voortrekkersrol van hun docent over zouden mogen nemen bij de verkenning van cultuuruitingen buiten hun comfortzone (Domein B: Verbreden). Het leeuwendeel van de lessen vindt momenteel binnen school plaats, op basis van lesmateriaal van de docent, terwijl de leerlingen juist de externe ervaringen als meest impactvol typeren. Beeldende kunst en vormgeving is in de lessen oververtegenwoordigd. Een vernieuwende invulling van de bestaande disciplines (die dichter bij de actualiteit en de belevingswereld van leerlingen staan, zoals bijvoorbeeld urban culture of game design) komt minder vaak voor. Het onderzoek (Domein C: Verdiepen) kan volgens het SLO eveneens winnen aan diepgang en relevantie. Deze blijft voor wat betreft vraagstelling vaak buiten de context van sociale of maatschappelijke inbedding. Voorts hebben de onderzoeken van de leerlingen meestal de vorm van een geschreven verslag of presentatie, terwijl de mogelijkheden van een voorstelling, tentoonstelling of debat – waar het examenprogramma ruimte voor biedt! – vaak ongebruikt blijven.
Tot slot raden de onderzoekers aan om reflectie (Domein D: Verbinden) niet als ‘afsluiter’ te programmeren, wat nu de regel lijkt te zijn, maar dat doorlopend een plek te geven in het programma.
Authentiek kunstonderwijs
Kortom, het herziene examenprogramma biedt ruimte voor een minder docent-gecontroleerde en meer leerlinggestuurde invulling van het vak CKV. Het onderzoek van Heijnen naar authentiek kunstonderwijs Remixing the Art-Curriculum (2015) biedt een theoretische en empirische onderbouwing van de meerwaarde van een dergelijke verschuiving:
‘The outcomes of my PhD research have a political significance because they underline that an authentic contemporary art curriculum thrives in a climate in which students are supported and allowed to engage in the risks that ensue from real world interaction, collaboration, creative enquiry, experimentation and critical thinking’ (Heijnen 2015, p.306).
Heijnens onderzoek toont het belang aan van kunstlessen die aansluiten bij de immer vernieuwende visuele cultuur waar de leerlingen in opgroeien. Hij stelt bovendien dat juist kunstonderwijs in potentie de (essentiële en vakoverstijgende) meerwaarde voor subjectvorming biedt, maar dan toch vooral als dit gevormd is op de leest van een artistiek, creatief proces, met alle onzekerheden en complexe uitdagingen die daarbij horen. Ik zie in dit pleidooi voor authentieke kunstlessen dan ook een overtuigende onderbouwing om individuele CKV trajecten buiten school, bij de culturele instellingen aan te bieden.
Lees het hele artikel in Kunstzone #4.