We ontwaken collectief uit de laatste lockdown: zonder reservering het restaurant in, zomaar neerploffen op een terras en zelfs dansen tot in de vroege uurtjes. Het is weer mogelijk, zonder eerst een negatieve testuitslag te fixen. Lang leve de vrijheid!
Terwijl ik die speelruimte wil vieren, voel ik ineens de druk. Ook FOMO ontwaakt uit de lange winterslaap. Want nu het weer kan, moet je er wel bij zijn, toch? De manier waarop gezelschappen, poppodia, collega’s en vrienden hun creatieve, sociale en zakelijke achterstanden inlopen, voelt eerder als een gigantische to-do lijst dan een prettig tijdverdrijf.
Het doet me denken aan de speedboot-metafoor die psychiater Dirk De Wachter graag gebruikt. Hij vergelijkt onze tijdgeest met een razendsnelle speedboot, TINA genaamd: There Is No Alternative. Op Tina’s voordek staan blitse jongens in dure pakken, terwijl op het achterdek mensen van de boot vallen, omdat het zo snel gaat en er geen relingen zijn. Door het geraas horen de succesboys dat niet. ‘En achter die speedboot varen wij, de psychiaters en psychologen, in rubberbootjes. Wij vissen de overboord gevallen sukkelaars op en geven ze droge kleren’, stelt De Wachter. Ondanks dat hij deze metafoor al ver voor corona gebruikte, lijkt de afgelopen jaren het gat tussen de speedboot en de reddingsboten alleen maar vergroot. Niks langzamer leven: zodra we weer mogen doen we gewoon weer mee aan de ratrace.
Het ergste aan deze manier van ontwaken is niet de druk die ik voel: ik ben volwassen en zelf verantwoordelijk. Wat pijnlijk is, is de inhaalslag die we opleggen aan kinderen en jongeren. De – inmiddels befaamde – leerachterstanden laten ons enerzijds zien dat het onderwijs al ver voor corona wankelde, met zijn verstikkende centrale methodes, leerdoelen en vinkjes. Anderzijds leggen de leerachterstanden ons onvermogen bloot om de regie te pakken en het heft in eigen handen te nemen. En daar moet verandering in komen, willen we leerlingen niet van de boot laten donderen.
Arjen Faber beschreef het begin dit jaar treffend in de Volkskrant: ‘Laat het rigide idee van onderwijsachterstand los en help jongeren zich weer te ontplooien. [..] De focus op leerachterstanden is ongezond en drukt leerlingen in het nauw. Ons beleid moet veel meer stoelen op wat leerlingen op dit moment nodig hebben.’
Kunst- en cultuurinstellingen kunnen hier een cruciale rol in spelen, en juist nu doen waar we ook voor corona al goed in waren: kinderen en jongeren de ruimte geven om met kunst met elkaar en zichzelf in contact te komen. Een plek bieden waar we letterlijk en figuurlijk stil mogen staan.
Laten we vooral kijken naar de jongeren en hun tempo aanhouden, in plaats van ons te laten leiden door eigen voorsprongen, achterstanden en (on)vermogens. Ook in het midden van de slowboot is het uitzicht prachtig.
In MU krijgen bezoekers en leerlingen de kans om hun eigen tempo te vinden in de lichtinstallatie Spiraling into Infinity van Children of the Light. Foto: Hanneke Wetzer