Leraar en examinator kunst (algemeen)
Auteurs: Esther Schaareman & Lara Broekman | Foto: David Perkins
Leraar en examinator kunst (algemeen)
Auteurs: Esther Schaareman & Lara Broekman | Foto: David Perkins
Vrijdag 12 mei 9.39 uur krijg ik een appje van de examensecretaris: ‘De leerlingen zijn keurig aan het werk! Alles is goed gekomen.’ Een pak van mijn hart. Want die computerstress is real. Het zal je maar gebeuren dat het mis gaat… Gelukkig, ook dit jaar gaat alles goed.
De examentijd van kunst (algemeen) 2023 is begonnen. Vwo trapt af op vrijdag 12 mei van 9.00 uur tot 12.00 uur. Corrigeren kan pas de maandag daarop beginnen, want dit jaar kent het vwo-examen een testcorrectie. Terwijl een groep collega’s in het land zwoegt op het correctievoorschrift, kunnen de andere examinatoren zich dit eerste examen-weekend nog even bezighouden met andere werkzaamheden.
Geslepen potloden
Maandag 15 mei, 17.00 uur. Het correctievoorschrift wordt vrijgegeven. En dan begint het. Het potlood wordt geslepen, de gum ligt klaar.
Ik lees de vragen, bestudeer de bronnen en geef in mijn hoofd (of zachtjes hardop) mijn antwoorden. Dan lees ik de antwoorden in het correctievoorschrift, nog voor ik naar die van mijn leerlingen kijk.
Menig examinator maakt eerst zelf het examen. Er zijn dit jaar 28 vragen voor vwo kunst (algemeen). Na ieder vragenblok neem ik pauze. Een frisse blik is belangrijk. Soms is het puzzelen. Wel goed, niet goed?
Twijfel hoort erbij. Het blijven immers open vragen waar een bepaalde mate van ‘ruimte’ in zit. Vaak wordt het duidelijk als je er voor de tweede keer doorheen gaat, dit jaar in ieder geval. Dan alles invoeren in Wolf. Ieder jaar weer even zoeken hoe het werkt, want ja, je hebt maar één maal per jaar met dat systeem te maken. Niet vergeten: openzetten voor de tweede corrector voor overleg.
Razendsnelle Examenbespiegelingen
Tot slot, na het debacle van zoekgeraakte examens van verleden jaar, is door het CvTE expliciet gevraagd om de examens te scannen of te kopiëren. Prima, maar is dat niet symptoombestrijding in plaats van een oplossing voor het probleem? Tijd om hierbij stil te staan is er niet. De tweede lichting komt er al aan: het havo-examen dat op dinsdagochtend 23 mei plaatsvindt.
Tweede pinksterdag, maandag 29 mei 10.06 uur. Bericht van het Expertisecentrum Kunsttheorie, de zogenaamde examenbespiegelingen, met een exegese van het havo-examen kunst (algemeen).
Voor de tiende keer boog een groep deskundigen zich over de examens, eerst die van het vwo, vervolgens die van havo. Dat moet elke keer een race tegen de klok zijn. Hoe pakt de verhouding tussen de verschillende type vragen uit (reproductie, inzicht, analyse)? Hoe zijn de vragen geformuleerd, sluiten ze aan bij het niveau? Op welke manier kun je als examinator het correctievoorschrift lezen, zijn er bronnen over het hoofd gezien?
Een derde keer nakijken zit er bij mij dit jaar niet in, de tweede correctie wacht. Dit jaar twee keer zo veel als mijn eigen leerlingen. Even slikken en door. Ondertussen staat de bovenbouw-app groep van mijn collega’s roodgloeiend: ‘wat vinden jullie van dit antwoord, goed, of te ver gezocht?’ Ook het contact met collega’s van andere scholen neemt toe, we hebben zelfs een intervisiebijeenkomst. Het helpt: ‘You are not alone’.
Alle twijfel, frustratie, teleurstelling én vreugde over het thema, de vragen, de juist mee- of tegenvallende prestaties van leerlingen worden gedeeld, gerelativeerd en gevierd.
Dan het contact met de tweede corrector. Zou deze behoren tot de rekkelijken of tot de preciezen? Komen we er samen in een kort telefoontje uit, of wordt het per mail een over-en-weer argumenteren waarom een punt wel of juist niet moet worden toegekend?
Gelukkig eindigt zo’n gesprek vaak met een collegiale uitwisseling van ervaringen met de examenklassen.
Het werk is gedaan, nu is het alleen nog wachten op de N-term: hoger of lager dan vorig jaar? Hoe pakt het voor die ene leerling uit die op het randje zit? Examens nakijken – dat doe je nooit in je eentje maar samen met een enorm netwerk van kunstcollega’s.