Kunst als spiegel van de ziel: Van Gogh Museum heeft oog voor mentale gezondheid
Auteur: Henk Langenhuijsen | Beeld: Open up met Vincent Van Gogh Museum Fotografie Henk Langenhuijsen

Kunst als spiegel van de ziel: Van Gogh Museum heeft oog voor mentale gezondheid
Auteur: Henk Langenhuijsen | Beeld: Open up met Vincent Van Gogh Museum Fotografie Henk Langenhuijsen

Met het onderwijsprogramma Mentaal welzijn & burgerschap geeft het Van Gogh Museum docenten de mogelijkheid om geestelijke gezondheid bespreekbaar te maken, aan de hand van het leven en werk van Vincent van Gogh. “Doordat je iemand leert kennen, kun je je mening herzien.”
Het Van Gogh Museum in Amsterdam heeft veel lesmateriaal met de nadruk op mentaal welzijn samengebracht: leerlingen leren niet alleen de kunstenaar beter kennen, maar ook zichzelf en elkaar. Kunst als spiegel van je ziel. Het aanbod omvat onder meer yoga- en meditatievideo’s voor de basisschool, online mentorlessen via het platform Lesson up voor middelbare scholieren over studiestress, sombere gevoelens, doorzettingsvermogen, zoeken naar hulp en vriendschap en lessen burgerschap voor het mbo. Ook het praktijk- en speciaal onderwijs zijn niet vergeten. Daarnaast kan een klas een interactieve rondleiding krijgen, getiteld Open up met Vincent. “Het is laagdrempelig en uitnodigend,” vertelt educator Sarah Broekhoven, die dit programma samen met docent Puck Lingbeek en in samenspraak met ervaringsdeskundigen heeft ontworpen. “Het is niet confronterend, maar stimuleert leerlingen uit de bovenbouw om te reflecteren. Cultuureducatie gaat ook over de vraag: wie ben ik en hoe verhoud ik mij tot anderen. Daaraan levert deze rondleiding een bijdrage. We hopen dat scholen vervolgens met behulp van online lessen hiermee verdergaan, niet alleen in de kunstlessen, maar ook bij burgerschap en in de mentorlessen.”

Labels plakken
Voor de rondleiding zijn er per klas drie begeleiders beschikbaar, zodat je met een kleine groep door het museum loopt. Bij aanvang vraagt de gids aan de leerlingen wat ze al over Van Gogh weten, door hen labels te laten plakken op een poster van een zelfportret. Groepsgewijs krijgen woorden als ‘depressief’, ‘ginger’, ‘gek’ en ‘afgesneden oor’ een plaats op het hoofd. “Het gaat dus niet meteen over de jongeren zelf, maar over de kunstenaar,” benadrukt Broekhoven. “Ze hoeven niet meteen iets van zichzelf te delen, omdat dat kwetsbaar kan voelen. Het labelen is eigenlijk de rode draad van de rondleiding. We hebben gemerkt dat jongeren graag labels plakken, snel een oordeel klaar hebben en graag kritisch zijn. Gaandeweg de rondleiding verwijzen we af en toe terug naar de gegeven labels en vragen of hun zienswijze en oordeel is veranderd. Doordat je iemand beter leert kennen, kun je soms je mening herzien en dat inzicht willen we graag meegeven.”
Bij het schilderij De aardappeleters (1885) krijgen leerlingen te horen dat Van Gogh hierover in zijn tijd vernietigende kritiek kreeg en mogen ze aangeven hoe zij zouden omgaan met zulke negatieve feedback. Ook krijgen leerlingen informatie over zijn tijd. Ze leren hoe moeilijk het toen was om eigen keuzes te maken en dat hij er lang over heeft gedaan om erachter te komen wat hij met zijn leven wilde en hoe hij wilde schilderen. “Dat kan herkenbaar zijn”, vertelt Broekhoven. “Er wordt dikwijls veel van jongeren verwacht, op school, thuis en door social media en dat ervaren ze als druk. Dat Vincent pas op zijn 27ste voor het kunstenaarschap koos, vinden ze soms hoopvol, omdat ze dus niet nu al alles hoeven te weten. Vaak levert dat interessante gesprekken op. Helaas duurt de rondleiding maar een uur, dus veel tijd is er niet voor. We overwegen in de toekomst nog een workshop van een halfuur aan de rondleiding toe te voegen.”
Subjectieve kleuren
Bij het werk De zonnebloemen (1889) mogen leerlingen even zelf aan de slag met kleurpotloden en een blaadje met nog niet ingekleurde bloemen. De opdracht: met welke kleuren geef jij het gevoel dat je op dit moment hebt weer? En wat roepen contrasterende kleuren bij je op? “De gids vraagt vervolgens of leerlingen iets willen delen, maar ze gaat niet diep in op de gevoelens en benadrukt de veelzijdigheid”, zegt Broekhoven. “Ze laat zien hoe subjectief kleuren zijn. Voor de een drukt geel vrolijkheid uit en bij iemand anders juist angst. Iemand die een keer veel donkere kleuren gebruikte, verklaarde dat die moe was en van deze kleuren rustig werd.”
Ook de relatie met zijn jongere broer Theo komt aan de orde. “We vertellen over het belang van deze verbinding en wat zijn steun voor Vincent betekende. Het gegeven dat het belangrijk is om iemand in vertrouwen te kunnen nemen, erkennen de jongeren allemaal. Daarna hebben we het over zijn liefde voor de natuur en de helende kracht ervan voor Vincent. Hij kon helemaal in de omgeving opgaan en ook dat herkennen jongeren vaak. Zijn zelfdoding tot slot is een lastig onderwerp, maar kan niet onvermeld blijven en we doen er niet geheimzinnig over. We gaan er niet uitgebreid op in en dat hoeft ook niet. We vermelden wel dat er tegenwoordig allerlei kanalen zijn die je kunnen helpen als je met dit soort gedachten rondloopt en dat je daar ook anoniem contact mee kunt opnemen.”
…
Lees het hele artikel in KZ02/2025.
Nieuwsgierig geworden?
www.vangoghmuseum.nl/nl/bezoek/schoolgroepen/thema-mentaal-welzijn-en-burgerschap
www.lessonup.com/nl/channel/van-gogh-museum/series/kZ2yi6Ntco4CrYmmp
www.luistereens.nl/van-gogh-museum
www.de-checkers.nl
www.museumvandegeest.nl/agenda/docentenmiddag-open-geest-op-blue-monday
www.113.nl