14 nov 2025
4 minuten lezen

Een pop zoals ik: belonging, representatie en rolmodellen in de klas

Auteur: Eva Rijs | Beeld: Kunsteducatief project Een pop zoals ik op de KinderKunstBiënnale (2025) OBA Oosterdok Amsterdam Ellen Brudet, Suzy van Schaik en De Rode Loper op School Foto Gerald Maurice

Hoe creëer je een gevoel van belonging bij kinderen met onderlinge verschillen? Herkenning van rolmodellen en erkenning van de eigen culturele achtergrond spelen daarbij een belangrijke rol. Ellen Brudet en Suzy van Schaik zetten daarom samen met de Rode Loper op School het kunsteducatieve project Een pop zoals ik op.

Als onderdeel van het project maakten Ellen Brudet en Suzy van Schaik samen met kinderen van verschillende scholen in Amsterdam-Oost honderden poppen. De poppen moesten op de kinderen zelf lijken. Had een kind sproetjes, dan moesten er sproetjes worden getekend. Had het kind een donkere huidskleur, dan moest de pop ook een donkere huidskleur hebben. Het ging om zijn wie je bent. En dat leverde herkenning op bij de kinderen, met name bij de kinderen met een multiculturele achtergrond.

 

“In mijn kindertijd waren er geen poppen die op mij leken” – Ellen Brudet.

 

Wat was voor jou de aantrekkingskracht van dit project?
Ellen: “Ik ben een halfbloedje. Mijn vader was een zwarte man en mijn moeder een witte vrouw. In mijn kindertijd waren er geen poppen die op mij leken. Daarom ben ik Colourful Goodies, mijn poppenwinkel, gestart. Het is mijn missie om kinderen een volledigere weerspiegeling te geven van de maatschappij. Dat is ook het doel van dit project en daarom sprak het idee mij zo aan.”  

Suzy: “Voor mij ging het project vooral over jezelf mogen zijn. Daaronder valt bijvoorbeeld dat je je veilig en vrij kunt voelen ongeacht je huidskleur, gender of religie. Zeker in deze toch wel gepolariseerde wereld, waarin we groepen mensen en individuen wegzetten als ‘anders’. Ik vond het een fijn idee om hier een waardevolle bijdrage aan te kunnen leveren.”

Hoe hebben jullie je op dit project voorbereid?
Ellen: “In een introductieles bracht ik een aantal poppen uit mijn winkel mee naar de klas en lieten we fragmenten zien uit de documentaire Een pop zoals ik. In een van die fragmenten zien we Elisario mijn winkel binnenlopen. Hij heeft albinisme en ziet een pop die op hem lijkt. Naar aanleiding van die fragmenten ontstonden er gesprekken in de klas.” 

Suzy: “We hadden na de introductieles van Ellen nog maar twee lessen over om een eigen pop van schuimrubber te maken die ook nog op het kind zelf moest lijken. Dat was wel echt een race tegen de klok. Ik ben gaan struinen op markten en gewoon bij mensen in mijn omgeving gaan vragen naar oude panty’s, sokken en vooral veel oude kleding.”

 

“Het maken van poppen is een mooie manier om in gesprek te komen met kinderen” – Suzy van Schaik.

 

Hoe zorg je ervoor dat leerlingen zich openstellen?
Suzy: “Alles wat je maakt komt uit jezelf voort, dat is altijd goed. Er is tijdens het maken geen goed of fout. Ik denk dat dat bij kinderen veilig voelt. Het maken van poppen is zo’n mooie manier om in gesprek te komen met kinderen. Gesprekken komen vanzelf op gang. Als je even bij ze gaat zitten en je maakt contact, dan beginnen ze vanzelf te vertellen.” 

Ellen: “Dat lukte vooral door mijn alter ego, Tante Pop. Zij is prettig gestoord en daardoor voelen kinderen zich vrij bij mij. Ik had bijvoorbeeld een kind dat spontaan haar stoma liet zien. Ik had ook een kindje met vier vingers. Dan zeg ik altijd, ik vind het een kunstwerk. Daarin neem ik de klas ook vaak mee, wat vinden jullie ervan, is ze mooi of niet soms!”

Benieuwd naar de reacties van de kinderen, ouders en leerkrachten? Lees het volledige artikel in KZ04/2025.

Meer weten?
Het project Een pop zoals ik is tot en met 23 november 2025 te zien als onderdeel van de KinderKunstBiënnale – Collectie Amsterdam in de Oba Oosterdok. 

Eva Rijs is projectcoördinator kunst- en cultuureducatie bij de Rode Loper op School. Daarnaast werkt ze ook als educator bij Imagine Fantastic Film Festival.