Hoe je dansprestaties (niet) moet beoordelen
Blog / Jacqueline de Kuijper / 19-12-2024

Hoe beoordeel je als dansdocent de voortgang van je leerlingen? Wanneer? En met welk doel? Danswetenschapper Jacqueline de Kuijper vertelt over haar eerste confrontatie met een zelfbeoordelingsformulier, als student in Californië.
Op een dag kreeg ik van mijn balletdocent een formulier dat ik moest invullen. Het was een tabel met beoordelingscriteria. We moesten aangeven hoe we daarop scoorden: wat ging al goed en wat kon beter? Denk aan coördinatie, lenigheid, artisticiteit, muzikaliteit, etc. Volgens het formulier moesten we onszelf drie keer beoordelen: aan het begin van het semester, halverwege en aan het einde. Maar we zaten toen al halverwege het semester en daarna heb ik dit formulier ook nooit meer gezien. Het was bovendien duidelijk dat mijn balletdocent het formulier niet zelf had opgesteld. De criteria waren heel algemeen, helemaal niet toegespitst op haar lessen of überhaupt op klassiek ballet.
Het was 2012, ik deed een master in Dance aan Mills College in Oakland, Californië en had twee keer per week balletles. Dat formulier heb ik dus maar één keer in hoeven vullen, maar die ene keer heeft me wel aan het denken gezet. Met sommige beoordelingscriteria was ik namelijk niet bewust bezig, zoals muzikaliteit. Ik focuste tijdens de balletlessen meer op mijn ademhaling, het aanspannen en ontspannen van de juiste spieren, en mijn bewustzijn van de ruimte om mij heen. Ik was me er helemaal niet van bewust dat mijn balletdocent aandacht besteedde aan muzikaliteit. Pas toen ik haar later dat semester hoorde zeggen dat we al een paar weken met muzikaliteit bezig waren, besefte ik dat deze docent wel degelijk leerdoelen voor ons opstelde. Ze sprak ze alleen zelden uit. Maar als ik blijkbaar niet begreep wat ze ons probeerde te leren of waar ik op beoordeeld zou worden, hoe kon ik dan ervoor zorgen dat ik me goed genoeg ontwikkelde om het semester daarna een niveau hoger te mogen dansen?
In alle danslessen op Mills College heb ik nooit duidelijke beoordelingscriteria meegemaakt. Aan het einde van een semester kreeg ik een cijfer voor mijn deelname – en dat was dat. Ik kan me wel nog vaag herinneren dat er feedbackgesprekken waren, halverwege en/of aan het einde van het semester. Maar die gesprekken duurden maximaal tien minuten en waren weinig informatief. Van sommige docenten moesten we aan het einde van het semester een korte choreo instuderen en voordansen, maar in hoeverre dat ons cijfer bepaalde was onduidelijk. Noch waar we dan precies op beoordeeld werden. Ik was niet anders gewend en dacht er niet over na dat de beoordeling van dansstudenten ook anders kon. Tot die ene dag dus, dat ik dat zelfevaluatieformulier onder ogen kreeg. Een nuttig hulpmiddel, mits consequent
toegepast.
Wil je meer weten over dit onderwerp? Lees dan Jacquelines artikel over formatieve beoordeling en het gebruik van evaluatieformulieren, op Dansdocent.nu, het vaktijdschrift voor dansdocenten in Nederland en Vlaanderen.
p.s. Dit is Jacqueline de Kuijpers laatste blog voor Kunstzone.nl

