Als de basis maar goed is

Auteur: Henk Langenhuijsen | Beeld: Tekenproject De langste gracht (2013, Amsterdam Museum) Foto: Henk Langenhuijsen

Niet alles gaat goed in het onderwijs. Te grote klassen, te druk programma, te weinig motivatie, te veel afleiding, te weinig goede docenten en dan ook nog de naweeën van een pandemie.

Je zou er cynisch en moedeloos van worden als je niet zou weten dat er ook veel goede scholen en bevlogen docenten zijn. Docenten die zonder routeplanner verantwoorde keuzes maken en niet continu toetsen om een goed beeld van de vorderingen van hun leerling te krijgen.

Momenteel zijn er zorgen over de basisvaardigheden taal, rekenen en wiskunde, digitale geletterdheid en burgerschap. Begrijpelijk, want uit internationaal vergelijkend onderwijsonderzoek blijkt dat Nederland niet goed op de kaart staat. Als leerlingen hun basisvaardigheden onvoldoende beheersen, zorgt dat ervoor dat ze buiten de (onderwijs)boot vallen.
Het is de vraag of je dat zo expliciet kunt stellen, maar toch gingen de alarmbellen af. Zelfs toen later enige relativering het effect dempte. CPB-onderzoek wees uit dat basisvaardigheden uit diverse landen zich slecht met elkaar laten vergelijken.

Interventiekaart
Om taalvaardigheid en goed burgerschap te kunnen stimuleren zou je een leesoffensief mogen verwachten, met tips voor docenten die bijvoorbeeld gaan voorlezen en verhalen vertellen. Zo eenvoudig is het niet. Om de basisvaardigheden te verbeteren is een interventiekaart ontwikkeld. Wie twijfelt over nut en noodzaak daarvan, kan op de website van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap terecht bij het Nationaal Programma Onderwijs en via linkjes recente inzichten over effectief onderwijs bekijken. De kaart bevat aanpakken die in de praktijk bewezen effectief (evidence-informed) zijn.

Uiteraard moet de interventie ook getoetst worden. ‘Van al dat meten wordt het onderwijs geen spat beter’, noteerde Aleid Truijens onlangs in haar Volkskrant-column (3 april 2023). ‘De neiging ontstaat om kinderen niet te leren wat zinvol en nodig is, maar wat getoetst wordt.’
Iemand op het ministerie heeft het logistiek goed bedacht; periodieke toetsing moet immers een beter product opleveren. Zo werkt het echter niet. Docenten werken niet met productielijnen en leerlingen laten zich niet zo makkelijk sturen. Of zoals pedagoog Biesta de dichter W. B. Yeats citeerde: ‘Onderwijs gaat niet over het vullen van een emmer, maar over het ontsteken van een vuur.’

Balans
Het eenzijdig nastreven van basisvaardigheden heeft als gevaar dat het cultuuronderwijs naar de marge verdwijnt. In Finland, wat het funderend onderwijs betreft een van de best presterende landen, wordt 10-15 uur per week aan kunstvakken besteed. Doorgaans bevorderen die niet alleen de kunstzinnige vorming, maar ook in bepaalde mate taal- en rekenvaardigheden én het welbevinden van een leerling. Volgens Biesta is het belangrijk om buiten- en binnenkant in balans te houden: niet alleen aandacht voor meetbare prestaties, maar ook voor ‘stoffering van de ziel’ (Biesta, 2018). Dat is de basisopdracht voor elke school.

KZ04/23

Cover #6

Radically Mine! 2024 Winnend object juryprijs Leerlingenwerk vso De Berkenschutse (Heeze) Van Abbemuseum Foto Damion Thakoer (fragment)